Perspectief droogtunnels

25 januari 2012

De studiemiddag van Farmer Nederland en Hoeve Advies over nageschakelde mestdroogtechniek heeft inmiddels plaatsgevonden. We kunnen terugkijken op een goed bezochte middag.  

Ondernemende pluimveehouders hebben in de jaren ’80 en ’90 kans gezien om het mestprobleem om te keren in een kans. Met het drogen van mest is een nieuwe markt ontstaan voor verwerking, energie en export. Het ziet ernaar uit dat het opnieuw dringen wordt in de afzetmarkt met aangescherpte mestregels en co-vergisters die met (gedroogde) digestaat op de markt komen. Reden om stil te staan bij het perspectief van nadroging en het gebruik van droogtunnels.

Op de bijeenkomst werd naast het perspectief t.a.v. de mestafzet ook de problematiek en het perspectief t.a.v. de milieuvergunning geduid.  

Ammoniak

  • Het gebruik van een nadroogtechniek vergt extra ammoniak omdat het als een additionele techniek wordt gezien
  • Maar als hier de ammoniakfactor van de mestopslagloods wordt ingeleverd, scheelt het ammoniak (met nadroging en mest van meer dan 80% ds is de additionele factor voor langdurige mestopslag niet meer van toepassing)
  • Droogzolders en droogtunnels voldoen aan de maximale emissiewaarde die in het Besluit huisvesting aan nageschakelde techniek is gesteld 

Geur

  • De droogtunnel wordt bediend door (druk)ventilatoren en geeft daarom een extra emissiepunt in de stal
  • Waardoor het gemiddeld emissiepunt van de stal verandert, evenals de gemiddelde emissiepunthoogte en/of de uittreesnelheid en/of de worprichting in het geurmodel
  • Soms maakt dat niet uit, maar dicht bij geurgevoelige objecten kan het onhandig zijn en moet het emissiepunt misschien worden verlegd of de uitstroom of de worprichting worden bijgesteld om geuroverlast te voorkomen 

Fijnstof

  • Doordat er continu stallucht door de tunnel wordt geblazen werkt de mestlaag als een filter
  • Met een dichte bandentunnel en perfobandentunnel met enkele centimeters mest wordt 30% en met een perfoplaten of perfobandentunnel of droogzolder met ca. 10 cm mest wordt 55% fijnstof van de stalemissie gereduceerd
  • Een inventarisatie van Livestock Research wijst uit dat een droogtunnel of droogzolder een van de meest voordelige fijnstofreducerende technieken is

De droogtunnel kan ook gebruikt worden voor het indrogen van digestaat of drijfmest. Bij drijfmest moet de mest worden opgemengd met gedroogd product. Emissiefactoren voor ander gebruik dan bij legkippen, vleeskuikenouderdieren, opfokhennen en vleeskuikens zijn (nog) niet vastgesteld.