Het PAS is niet meer, wat betekent dit?

11 juni 2019

Het PAS mag alsnog niet voor het beoordelen van Wnb-vergunningen worden gebruikt. Tot dat oordeel kwam de Raad van State op 29 mei jl. Het PAS is met onmiddellijke ingang buiten werking gesteld. Voor PAS-meldingen uit het verleden en vergunningen die nog onder de rechter liggen geldt dat ze alsnog ‘onrechtmatig’ worden verklaard.

Daarmee is het onvoorstelbare gebeurd. In plaats van dat het PAS op onderdelen werd bijgesteld, is het afgeschoten. Omdat de wetenschappelijke onderbouwing voor de ‘passende beoordeling’ te dun was. Aldus de rechter.

Het ‘met de hand aan de kraan’ alvast uitgeven van ammoniak voor ontwikkelruimte – er verdwijnt tegelijk ammoniak van stoppende bedrijven elders – terwijl de herstel- en ontwikkeldoelstellingen voor de natuurgebieden nog niet zijn gehaald, loopt te ver op de zaken vooruit, vindt de Raad van State. Dat is althans de interpretatie van de 2 advocaten die in de Tweede Kamer commissie de juridische betekenis van de uitspraak hebben toegelicht.
Ook al wordt slechts een deel (ongeveer de helft) van de stoppende ammoniak weer uitgedeeld, éérst zal de natuurdoelstelling moeten worden gehaald, voordat dit ‘geven-en-nemen’-principe mag worden toegepast, aldus de rechter.

In plaats van verdere uitgifte en invulling van ontwikkelruimte op te schorten, in afwachting van het moment dat zeker zou zijn dat natuurgebieden voldoende hersteld en ontwikkeld zijn, heeft de Raad van State het PAS in z’n geheel buiten werking gesteld! Het is afgelopen met het PAS!
Sterker nog, alle ontwikkeling die in de ogen van de Raad van State met PAS-meldingen zijn gemeld, en natuurvergunningen die nog onderweg zijn, waar bezwaar tegen loopt en die nog onder de rechter zijn, en alle natuuraanvragen die nog in procedure zijn waar nog geen besluit op genomen is, zijn ‘onrechtmatig’. Ze vervallen. ‘Ieder zal opnieuw vergunning moeten aanvragen’, aldus de uitspraak.

PAS-meldingen nietig verklaard

Dit betekent dat meer dan 3.500 PAS-meldingen van veehouders maar ook van niet-veehouders, inclusief alle ‘prioritaire meldingen’ van de provincie Flevoland, nietig worden verklaard! Onvoorstelbaar…. Het gaat naar alle waarschijnlijkheid om honderden veehouders die met hun PAS-melding uit bijvoorbeeld 2015 hun bedrijfsvoering hebben gelegaliseerd of de voorgenomen uitbreiding of verandering van hun stal of bedrijf al lang en breed hebben gerealiseerd!!

Des te schrijnender, omdat hun collega’s die sindsdien zijn uitgebreid ‘op basis van een besluit’, dat wil zeggen op basis van een vergunning, wél door de rechter worden ontzien. Hun vergunning wordt gerespecteerd en niet ter discussie gesteld.

De rechter gaat hiermee voorbij aan het feit dat een veehouder bij de aanvraag geen keuze had tussen ‘een melding’ of ‘een vergunning’. De route van de aanvraag werd bepaald door de impact op het natuurgebied. Was de depositie lager dan de drempelwaarde (van aanvankelijk 1 mol) dan werd het (verplicht) een PAS-melding, was deze hoger dan de drempelwaarde (van aanvankelijk 1 mol) dan werd het (verplicht) een vergunning. Dat nu de PAS-melders alsnog de klos zijn en hun ‘vergunning’ verliezen, is zuur, heel zuur. In veel gevallen kregen zij zelfs een bevestiging of acceptatie, maar het is nu allemaal niets meer waard.

De rechter zegt dat degene die geen besluit heeft (dit is: geen vergunning) alsnog een vergunning nodig heeft. Hij moet opnieuw langs het loket. En dan niet alleen voor het houden van vee, maar ook voor het weiden en het bemesten, als dat onderdeel uitmaakt van de bedrijfsvoering en invloed op het natuurgebied heeft.
Hoe zo’n aanvraag moet worden beoordeeld, nu het PAS er niet meer is, en hoe de invloed van het weiden en bemesten beoordeeld moet worden, weet (nog) niemand.

De uitspraak van de Raad van State is buitengewoon schokkend en zal veel impact hebben op de veehouderij. We hopen binnenkort meer duidelijkheid te krijgen hoe het verder moet.